Vakdidactiek PO
in de B-stroom
Vakgerichtheid
Een beeldende kunstenaar is niet noodzakelijk een goede leraar Plastische Opvoeding.
Als leerling stelde ik me regelmatig de vraag: ‘Wat is het verschil tussen PO en knutselen?’, totdat ik op een dag plots vanuit kunstenaars en kunststromingen moest nadenken tijdens de les. Ik mocht niet langer enkele strookjes uitknippen en plakken op mijn blad. Ik moest denken vanuit kunstenaars en/of kunststromingen en moest bepaalde beeldaspecten toepassen. Wat was me dat anders dan mijn lesjes knutselen in de lagere school. Ik moest ook een schetsboek van de leerkracht aanleggen. ‘Het lijkt maar iets kleins, maar achteraf denk ik dat het iets belangrijks was. Ik leerde gericht over kunst nadenken en durfde mijn creativiteit de vrije loop te laten gaan.
Leerlingen uit de b-stroom ervaren vaak eenzelfde gevoel dan mij (in mijn kindertijd). Ondanks ik uit een zorgeloos en warm gezin kwam, waren mijn ouders niet zo kunstzinnig. We gingen zelden naar een theatervoorstelling, vernissage … Ook jongeren uit de b-stroom zijn zo goed als nooit geconfronteerd geweest met beeldende kunst. Het is vanuit de vakdidactiek van belang dat ze breder leren denken dan ze tot nu toe gewoon zijn. Daarom moet je hen binnen een les de grote lijnen van een stroming of kunstenaar leren kennen. Binnen de a-stroom kan je meer verdiepend te werk gaan en hen thuis ook eventueel aan het werk zetten om documentatie op te zoeken. Vanuit dit gegeven start je daarom ook een les PO vanuit een stroming of kunstenaar om leerlingen tot creativiteit te brengen. Verder is het vakdidactisch essentieel dat er visueel en praktisch gericht gewerkt wordt.
Les PO rond het beeldaspect: Lijn.
In een beroepsvoorbereiding jaar vertrekken we vanuit de Art Nouveau en werken uit deze periode om zo tot de focus op de golvende lijn te komen. De PO-leraar heeft namelijk beslist om in haar klas haarzorg een opdracht rond haren vlechten te ontwerpen.
Verder verschilt een les PO van een knutselles doordat we kijken en werken vanuit beeldaspecten. Benoem de beeldaspecten voor de leerlingen, herhaal ze doorheen al je lessen en vertaal de begrippen via eenvoudig taalgebruik. Zo kan je garanderen dat de jongeren begrijpen waar het om gaat. Verder werken we met specifieke didactische materialen in een PO-les. Zorg ervoor dat leerlingen begrijpen op welke manier ze hiermee moeten omgaan, rekening houdend met veiligheid, respect voor het materiaal …
​
En tot slot … het fundamentele belang van PO in het secundair onderwijs is dat er ruimte is om het procesmatige van een leerling te bekijken, op te volgen ...
Dit proces is tweeledig. Enerzijds doelen we op het inhoudelijke aspect. Daarom moest ik in mijn eigen schoolloopbaan een procesmap, schetsboek… aanleggen. Anderzijds duiden we ook naar de persoonlijke groei van een leerling: in zijn ‘zijn’, in zijn ‘kunnen’, in zijn creativiteit, in zijn …
Even alles op een rijtje …
-
Werken vanuit een kunststroming- kunstenaar
-
Werken met beeldaspecten
-
Inzetten op technische vaardigheden
-
Inzetten op artistieke vaardigheden
-
Didactische materialen duidelijk toelichten
-
Procesmatige is essentieel
-
Praktisch gericht werken
Leerkracht Sylvie
De leraar licht het didactisch materiaal toe.
Leerkracht Sylvie
De leraar bespreekt de grote lijnen van een kunstenaar en/of kunststroming.
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
---|